Toolbox: Veilig werken met een kolomboormachine

Aan het werken met arbeidsmiddelen zijn risico’s verbonden. Deze toolbox gaat over: de risico’s en veilige werkwijze bij werken met een boormachine. Onveilige boormachines en onveilig werken met boormachines zijn geregeld oorzaak van ongevallen.

Op de werkplek

Een boormachine wordt toegepast om gaten aan te brengen in “volle” materialen zoals hout, metaal, beton, steen of kunststof.
Boormachines komen veelal voor in onderhoudswerkplaatsen als vast opgestelde kolomboormachines.

Risico’s kolomboormachine

De volgende risico’s komen voor bij het werken met een kolomboormachine:
  • In contact komen met de draaiende boorspindel of boor;
  • In contact komen met het werkstuk dat ronddraait of wegschiet, wanneer het niet goed is vastgezet;
  • Geraakt worden door wegschietende delen (spanen) van het te bewerken product;
  • In contact komen met spatten koelvloeistof;
  • Blootstelling aan schadelijk geluid;
  • Letsel door breken van de boor.

Eisen kolomboormachine

De boormachine moet voldoen aan de volgende eisen:
  • De boormachine moet stabiel staan d.m.v. stabiliteitsvoorzieningen op aanwijzing van de fabrikant;
  • Een zo groot mogelijk deel van de boorspindel, boor en transmissiesystemen en werkstuk moet zijn afgeschermd, zowel in de hoge ruststand (wanneer de spindel nog draait) als in de lage bewerkingsstand.
  • De afscherming moet zijn voorzien van een noodschakeling die bij het openen van het scherm de boorspindel uitschakelt. Bij het sluiten van de afscherming mag de boor niet automatisch starten. De afscherming moet ook bescherming bieden tegen eventuele spatten van de koelvloeistof;
  • De boormachine moet voorzien zijn van een noodstop en herstartbeveiliging;
  • Overbrug beveiligingen niet, deze zijn er niet voor niets!

Verantwoordelijkheid fabrikant en werkgever

Kolomboormachines met een CE markering worden ‘juridisch vermoed’ aan de basis veiligheidseisen te voldoen. Uit onderzoek van de Inspectie SZW blijkt dat dit in de praktijk niet altijd het geval is (1).
Het Arbeidsomstandighedenbesluit verplicht werkgevers om een veilige werkplek te creëren. Hierbij hoort het uitvoeren van een risicobeoordeling op machines, waarbij hij rekening houdt met de specifieke taken, de werkplek en de gevaren van de machine. Op basis daarvan moeten veiligheidsmaatregelen worden genomen.
De verklaring van overeenstemming en een Nederlandse gebruikershandleiding moeten aanwezig zijn. De werkgever moet de gebruikers instrueren over veilig gebruik.
Voor een kolomboormachine moeten alle in deze toolbox genoemde veiligheidsmaatregelen genomen zijn. Verder moet door middel van periodiek preventief onderhoud en keuring gezorgd worden dat de kolomboormachine gedurende zijn hele levensduur voldoet aan deze veiligheidseisen.

Veilige werkwijze

Om veilig met een kolomboormachine te werken moeten de volgende maatregelen worden genomen:
  • Zet het werkstuk vast in een boorklem, bankschroef of met behulp van kikkerplaten. Steun een groot werkstuk tegen een aanslag;
  • Draag geen loshangende kleding, handschoenen, ringen of andere sieraden en geen losse haren, deze kunnen door de boor gegrepen worden;
  • Gebruik een scherpe boor en geen botte, om te voorkomen dat je onnodig veel kracht uitoefent waardoor de boor breekt;
  • Reinig en smeer de boor regelmatig. Dit voorkomt dat de boor vastloopt door boorschilfers die in het boorgat achterblijven;
  • Neem boorkrullen of -schilfers alleen weg als de boormachine uitgeschakeld is en doe dit met behulp van een spaan of krulhaak. Deze moet zijn voorzien van een handgreep met handbeschermkap. De spaan of krulhaak moet in een passende houder binnen handbereik van de boormachine worden geplaatst.
Voor kleine boorkrullen of -schilfers dient een borstel te worden gebruikt. Gebruik geen werklucht, omdat dit de deeltjes kan verspreiden. Zorg voor een opvangbak voor spanen nabij de boormachine;
  • Voorkom rondspatten van koelvloeistoffen. Neem bij het bijvullen hiervan veiligheidsmaatregelen volgens de instructie op het veiligheidsinformatieblad;
  • Schakel de boormachine na het boren uit.

Persoonlijke beschermingsmiddelen

Ondanks de eerder genoemde maatregelen is er bij gebruik van kolomboormachines sprake van restrisico’s waarvoor het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen noodzakelijk is:
  • Oogletsel door wegschietende boorkrullen of -schilfers of koelvloeistof: veiligheidsbril verplicht;
  • Gehoorbeschadiging door schadelijk geluid: gehoorbescherming verplicht;
  • Gegrepen worden door de boor: vastgebonden haar of een haarnetje.
In de onderhoudswerkplaats moeten verder veiligheids-schoenen en werkkleding worden gedragen. Draag geen handschoenen, deze kunnen door de boor gegrepen worden!
Bij de werkplek moet de verplichting voor het dragen van deze persoonlijke beschermingsmiddelen staan aangegeven.

Bronnen

Arbowet art. 3, 5,8. Arbobesluit H7.
NEN-EN-ISO 12100 Veiligheid van machines
NEN-EN 12717:2001 Veiligheid van gereedschappen – boormachines
Heeft u een vraag? Onze experts komen graag met u in contact